Provincie wijzigt milieuvergunningsvoorwaarden luchthaven in Oostende

21/12/2015

In haar zitting van maandag 21 december heeft de deputatie van de Provincie West-Vlaanderen wijzigingen aangebracht aan de milieuvergunning van de luchthaven in Oostende.​ Zo zullen er geen oefenvluchten mogen gehouden worden op zon- en feestdagen en is er ook een aanpassing aan de regeling van de nachtvluchten. De deputatie verleende op 19 oktober 2004 een milieuvergunning onder voorwaarden voor een termijn van 20 jaar voor het exploiteren van de luchthaven in Oostende.

Beperking oefenvluchten
Vzw Wiloo had gevraagd om beperkingen op te leggen voor de oefenvluchten. Aan de bestaande voorwaarden wordt toegevoegd dat er geen oefenvluchten mogen zijn op zon- en feestdagen. Op de andere dagen mogen kleinere toestellen enkel tussen 9 en 19 uur oefenvluchten uitvoeren.

Aanpassing regeling nachtvluchten
De exploitant nv Lem Oostende-Brugge had een versoepeling gevraagd in verband met de regeling voor de nachtvluchten.

De bestaande milieuvergunning voorziet 1080 nachtelijke bewegingen per jaar (waarvan per kwartaal 270) met een geluidsquotum (Quota Count of QC) van maximum 82 tot eind 2009, dan maximum 37 tot eind 2014 en vervolgens vanaf 2015 maximum 12 QC.

De uitbater vraagt dat tot 2020 540 nachtbewegingen een QC 37 zouden mogen behouden. Vanaf 2020 vraagt hij dan toestemming voor 360 nachtbewegingen met QC 37. De andere nachtelijke bewegingen blijven onder de regeling QC 12.

Passagiersvliegtuigen hebben in de praktijk een QC minder dan 12. De vraag van de uitbater is dan ook gericht op vrachtverkeer. In de praktijk blijkt ook voor vrachtvluchten een QC 37 niet nodig, een QC van 26 volstaat. Het is niet altijd mogelijk om alle vrachtvluchten overdag in Oostende te laten aankomen en te laten vertrekken binnen dezelfde dag. De vliegtuigen moeten dan een nacht aan de grond blijven, wat blijkbaar niet concurrentieel is met andere regionale luchthavens. Vooral voor dit soort situaties wordt de wijziging gevraagd.

De deputatie stelt vast dat de stad Oostende zich kan vinden in het voorstel van de exploitant. Ook de andere adviesinstanties sluiten een aanpassing van de geluidsquota niet uit, zij het beperkter dan gevraagd.

De milieuvergunning van 2004 beoogt niet alleen een evenwicht maar ook een verdere afbouw van de geluidsimpact in. Met dit in het achterhoofd wordt in navolging van het advies van de Provinciale Milieuvergunningscommissie een veel beperktere afwijking toegestaan dan de exploitant had gevraagd, zijnde een beperking tot 180 nachtelijke bewegingen met een QC van meer dan 12 en minder dan 26, in plaats van de gevraagde 540 bewegingen met een QC van 37. De exploitant heeft zich hiermee akkoord verklaard.

De deputatie voorziet bovendien dat voor de periode 2021-2024 de toestemming voor de 180 bewegingen gekoppeld wordt aan een bijkomende beperking (telkens maximum 45 per kwartaal) om zo voor een verdere beperking van de geluidsimpact te zorgen.

Om de afbouw van geluidshinder van de voorbije jaren te verankeren stelt de deputatie het globale geluidsquotum thans vast op 12.960 QC. Dit is vooreerst zowat een halvering van het vroegere globale quotum, en is voorts ook een verzekering dat globaal niet voor meer lawaai wordt gezorgd dan de vergunning uit 2004 voor de periode 2015-2024 vooropstelde (nl. 1080 nachtvluchten x max. 12 QC = 12.960).